De grote dag, excursie met broer en zus! - Reisverslag uit Kololi, Gambia van Peter Olthof - WaarBenJij.nu De grote dag, excursie met broer en zus! - Reisverslag uit Kololi, Gambia van Peter Olthof - WaarBenJij.nu

De grote dag, excursie met broer en zus!

Door: Peter Olthof

Blijf op de hoogte en volg Peter

04 November 2012 | Gambia, Kololi

En dan is het dinsdagmorgen, de dag dat we met broer en zus op pad gaan.
De werker gaat om 7.30, dan rustig douchen, tas inpakken, en hoppa richting het ontbijt.
We stappen ons huisje uit, en als we bij het ontbijt zijn, worden we natuurlijk gespot door broer en zus. Natuurlijk moeten we gezamenlijk ontbijten. Nou zo gezegd zo gedaan, en na het ontbijt gaan we onze tassen halen, en om even voor negen staan we voor het hotel, daar staat Kamo(laat ik dan in dit verslag zijn naam maar beginnen moet goed te schrijven) al op ons te wachten, wie zegt dat Gambianen niet op tijd kunnen zijn!!!!

Tja, dan laten we nu eerst maar eens even broer en zus uitleggen. Broer is 48 en gescheiden, zus 50 en ook gescheiden. Tja, shit happens zeggen we dan maar. Maar ze zijn samen op vakantie, dat doen ze klaarblijkelijk vaker, maar deze keer trakteert broer. Nouja prima natuurlijk, ze wonen niet samen(was natuurlijk wel passend geweest), En broer heeft hier nu verkering, met het fruitmeisje. Het fruitmeisje is helemaal verliefd op hem, en hij niet op haar, maar stiekem ook weer wel. Het fruitmeisje(ze verkoopt fruit op het strand) heeft geprobeerd haar broer aan zus te koppelen, hij was helemaal verliefd op zus, maar zus niet op hem. Ze was/is er heilig van overtuigd dat ze alleen maar werd gezien als bank. Immers had ze dat weer gehoord van de Nederlandse buren, want die waren hier voor de bruiloft van hun zus, met een Gambiaan. Zus spreekt er aan de ene kant dikke schande van, dat die jongen haar steeds belt, maar aan de andere kant wou ze wel weer handjes vasthouden.
Maar niet meer, want hij is 30, zij 50. Zus is iemand die alles graag vertelt, zo zijn ze dus ook bij het fruitmeisje thuis geweest voor Tabaski(het eerder beschreven offerfeest), en broer had het naar de zin met fruitmeisje, en zus had het te schaffen met de broer van… Maar van meer als handjes vasthouden was ze niet gediend, maar toch hebben ze wel gezoend….. Kortom we zijn na een half uur al helemaal op de hoogte, net als we denken we kunnen nu onderuitgezakt genieten van ons uitzicht, vertelt zus dat ze ook nog connecties heeft met iemand uit het hotel. Tja, dat kan natuurlijk, en toen ze naar één of ander feest was, want broer was ziek en ze wou niet alleen dus ze ging maar met die jongen, kwam de broer van het fruitmeisje, daar had zus natuurlijk geen zin in, en besloot zus maar om even te zoenen met de hoteljongen. Maar ook eigenlijk wou die jongen meer, maar dat wou zus natuurlijk niet, want zus is toch wel wat ouder… Kortom we zijn haast al bijna bang voor de verdere verloop van deze dag!, Misschien denkt zus wel, dat mijn vader een potentiële kandidaat voor haar is, maar aan de andere kant, hij heeft zijn huidskleur en leeftijd wel een beetje tegen, of misschien moet ik zelf wel bang worden!!
Goed, en dan nu weer terug naar waar het eigenlijk om draait, de avonturen die we vandaag zullen gaan beleven en de dingen die we gaan zien!

We gaan dus als eerste naar een school, deze school bestaat slechts twee maanden, zus heeft Isaac, de leraar en eigenaar van de school eerder ontmoet, en wil heel graag deze school zien. We hebben lolly’s mee, en potloden.
De school is voor de aller aller aller armste, en dus biedt de school in tegenstelling tot andere scholen, schooluniformen aan, en ook potloden. Normaal moet je dat zelf zien te regelen.

De school is in Kololi zelf, via een rijke buitenwijk, kom je de armoede binnen… het asfalt hadden we al verlaten toen we zeg maar de rondweg verlieten, de weg wordt slechter en slechter, de kuilen groter, en ook de stank wordt heviger. Ohja, halverwege pikken we Isaac op, omdat er natuurlijk geen ruimte meer is in de Jeep, klimt hij maar op de kofferbak, en hangt op het reserve wiel… The african way of transportation!
Als we bij de school aankomen, blijkt dit een eigenlijk een in eerste instantie een ommuurde krot te zijn, als we iets beter kijken en we het terrein binnen zijn, vertelt Isaac vol trots, dat er één lokaal af is. Normaal zijn er 30 kinderen, en dat in een lokaal van 5 meter diep, en maximaal 3 meter breed. En er is een schoolbord, een a4 wordt door achten gedeeld, en daar mogen de kinderen op schrijven, de voor en achterkant wordt gebruikt, met potloden van school.
Toen we het lokaal binnen wouden komen werden begroet door een klein meisje, nog niet in schoolkleren, Isaac tilt haar jurk op en wij staan er beetje verbaasd naar te kijken, maar hij verteld dat dit de eerste dag is dat ze een onderbroek draagt. Die heeft ze doormiddel van sponsoring gekregen.

We nemen plaats in het lokaal en ik ga zitten naast een lief uitziend meisje van 4, ze is stil en reageert nergens op, het is haar eerste dag op school.
Vol trots laten de kindertjes hun telvaardigheden horen, gevolgd door liedjes, en dan is het onze tijd, we geven potloden, en dan delen we ballonnen uit, de kinderen vinden het geweldig, en de meisjes voor me laten me meteen zien, hoeveel ze kunnen blazen, dan gaan er nog wat kindertjes zingen en dan delen wij lollies uit, nou het lachen die je dan ziet, die zijn echt onbetaalbaar, iets wat ik nooit meer zou vergeten. Ik blaas de ballon op voor het schuttere meisje naast me, en zowaar ze lacht een beetje…. Arm kind, die weet echt niet wat haar overkomt, eerste dag op school en dan komen van die domme blanken langs, en dan gaat er ook nog zo’n pannenkoek naast haar zitten. Ze heeft haar lolly neergelegd, en ik als barmhartige Samaritaan,open haar papiertje, en ja daar is dan ook haar lach… Keerzijde van de mediale is dat ik vervolgens de lolly’s van alle meisjes voor me ook open mag maken, maar ze praten ineens en lachen, en vinden ons leuk… Ze willen mijn arm aanraken, want nog nooit hebben ze een blanke gezien…. Dit is echt het meest bizarre wat me ooit is gebeurd… Je voelt zoveel blijdschap, lachende gezichten, van kindertjes van 3 tot 5 jaar, maar je weet hun toekomst is gewoon kut, je hoopt dat ze een goed leven zullen krijgen, want ze zijn zo schattig, zo leuk, zo spontaan, zo oprecht…. (op het moment dat ik dit schrijf heb ik al meerdere dingen gezien, maar dit heeft wel het meeste indruk op gemaakt, maar meer in een positieve manier), ze vinden school leuk…. Echt in één woord prachtig. Dan krijgen we een rondleiding, nou die is denk ik snel klaar… het lokaal naast het eerste lokaal is aanbouw, daar zijn alleen muren… verder niets, hij hoopt ooit acht lokalen te hebben, dan laat hij de wc zien, dit zijn 3 muren en een gat in de grond…..
Dan is het tijd om te gaan, we geven Isaac geld, zodat hij uniformen voor de kinderen kan kopen, helaas wil zus dit ook weer bepalen, dus pap en ik staan er op onze manier een beetje beteuterd bij, we kijken elkaar maar aan en nemen afscheid van de kinderen, dat is iets wat ze ons nooit meer afnemen, hun glimlach en zwaaiende bewegingen, echt het meest geweldige ooit!
Dan stappen we weer in de Jeep, en gaat het naar Serkunda Market, ofwel de grootste markt van Gambia!
Serekunda is een van de grootste steden van Gambia, de rit er naar toe is al een hele belevenis, overal toeterende auto’s, meestal bussen of taxi’s… en dan die stank, niet te om uit te houden.
In de busjes, zitten ongeveer 15 man, echt ongelofelijk, hele stapels met spullen op het dak, ronkende motoren, de auto’s zijn zo vol geladen, dat de busjes amper vooruit komen, vaak als het oude mercedes-busjes zijn, dan komt er een rook uit de auto’s, niet normaal.

Kamo parkeert de auto aan de rand van de markt, zeg maar voor de winkels, verwacht dan geen winkels zoals bij ons, maar het is voor het beeld een vergelijkbaar met een soort garage, maar dan nog wat kleiner, wel met een deur, en de eigenaars zitten voor hun winkels, op houten bankjes, zonder rugleuning, een ook een kassa ontbreekt. Alles gaat handje contantje.
De markt is een stukje de straat over, en de stank komt je tegemoet. De straat oversteken is ook een avontuur, want de auto’s en motoren en mensen zijn echt in overvloed, Kamo raad ons aan, om de rugtas op de buik te dragen, en je hand in de zak te doen waar je portemonnee is, en vooral niet je camera te voorschijn te halen. Als je foto’s van de mensen maakt, zullen ze boos worden, want ze geloven dan dat ze hun geest verliezen, en ze zullen geld willen hebben.
Je struikelt echt over de mensen, het is zo ontzettend druk, de mensen lopen af en aan… mensen met kruiwagen moeten er door, want op die manier worden de kraampjes bevoorraad. En overal zie mensen op de traditionele manier hun spullen vervoeren, op het hoofd inderdaad. Het bijzondere is daarnaast ook wel, dat mensen haast allemaal in traditionele kleren lopen, (zeg maar de doeken om zich heen geslagen, en alles is prachtig kleurrijk), en de kinderen zitten allemaal in doeken op de rug van hun moeders. Het is een af en aan van mensen, maar toch wordt je nooit op je hakken getrapt…. Mensen geven elkaar wel de ruimte, en dat doen wij dus ook maar.

Het begin van de markt is vooral groente, fruit en vis. De kraampjes zijn niet echt kraampjes, maar meer kleden waar de vrouwen op zitten, de spullen liggen op schalen, en het kan nooit gezond zijn, al die vliegen die op de verse waar zitten, en de brandende zon… We hebben een stuk meloen gezien, met meer als 20 vliegen erop, bijna niet voor te stellen dat mensen dit gaan eten, maar toch zie je allemaal mensen die vis en fruit kopen, blijkbaar is de vorm van voedselveiligheid iets anders als bij ons, maar goed dat wisten we natuurlijk al wel…

Zus heeft shampoo nodig, dus Kamo gaat daarnaar op zoek, als je zeg maar rechts de kraampjes hebt, heb je links wat winkeltjes, vergelijkbaar met de eerder beschreven winkels, nou zus vind het allemaal te duur, of te groot,en we gaan dus onverrichte zake verder, dan neemt de markt als het ware een bocht en kom je op een ander gedeelte, nouja anders is het niet helemaal, ook nog veel eten, maar hier zijn bijvoorbeeld ook grassen aan elkaar gebonden, die worden gebruikt om het huis schoon te maken, en zien we bijvoorbeeld vrouwen komkommer snijden, maar op een manier en met een mes, dat wij onze handen zouden verliezen. Ook zijn er mensen die messen slijpen, en daar zijn even later ook levende kippen, in hokjes die je kunt kopen. En er hangt ook vlees aan een soort spit.

Zus besluit dan dat er maar eens een foto gemaakt moet worden, nou dikke paniek en een geschreeuw, gelukkig stonden we een stukje van haar, dus het wordt niet echt tegen ons gericht, maar toch voel je je erg beschaamd, omdat we de enige blanken op de markt zijn, vallen we natuurlijk gigantisch op, maar gelukkig weet Kamo de boel te sussen… Vanaf een kar die door de mensen massa moet, koopt zus dan toch haar shampoo, voor een gigantisch lage prijs.
Je moet je de doorgang voorstellen van maximaal 2,5 meter breed, dus als een handkar of een kruiwagen er door moet, dan is er een opstopping, niet alleen is het smal, maar er liggen ook nog eens allerlei dingen op de grond. Dan ineens horen we getoeter, het zal toch niet denk ik, en ja dan hoor ik achter me geschreeuw, en ja daar rijdt aftands, volgeladen busje over de markt, vol met spullen en mensen…. Gewoon niet voor te stellen!!
We vervolgen de markt, en komen nu op een gedeelte waar de handel bestaat uit kleren, en sieraden en zeep en dergelijke… Natuurlijk willen ze ons zaken verkopen, maar er zit niets bij wat wij willen hebben.

Je kunt dan ook nog weer naar een deel, waar weer levensmiddelen worden verkocht, en we pakken ook daar een stuk van mee, maar dan willen we eigenlijk even wat drinken, dus Kamo neemt ons mee, we verlaten de markt, en de hoeveelheid afval die je ziet, is gewoon niet voor te stellen, overal op de grond plastic en troep. We lopen een stukje langs winkels, en gaan dan een steegje in, nou dit is echt een steegje, en je loopt dus echt bijna door de winkeltjes, als er een slipperwinkel is, kijken we ff en meteen staan er drie man om me heen, en liggen er 5 paar klaar om te passen. Uiteindelijk vind ik het bruine paar het mooiste, en dan komt Kamo, hij zegt wil je ze? Dan moeten we onderhandelen. We hebben inmiddels geleerd dat je altijd ruim onder de prijs moet gaan zitten, de man wil 1000 delasi, Kamo kijkt hem beledigd aan, en bied 300, 800 is het tegenbod, 500 ons bod, 700, 650, wij nee, hij 600, wij nee, hij oké 500, en uiteindelijk betalen we 450, we komen er nu al wel achter dat je echt een mannetje nodig hebt hier.
We willen wat drinken, en lopen wat steegjes door, en je ziet overal (nep)merkartikelen, maar ook kleren die door de toeristen zijn achtergelaten, horloges(allemaal heel erg blingbling)). Via houtwerkspullen, waar we bijna door de mensen naar binnen worden getrokken komen we bijeen kraampje waar wat mannetjes zitten, die Kamo kent, hij vraagt of ze wat drinken voor ons kunnen regelen, en dan worden overal stoelen weggetrokken en kunnen we zitten. Heerlijke koude cola gaat er in als koek. Dan moet zus naar de wc, en worden wij alleen gelaten, want Kamo gaat met haar mee, immers kan je in dit doolhof makkelijk verdwalen….
Kamo en zus zijn nog bijna niet de hoek om, of al het waar komt te voorschijn, of we toch niets willen kopen, ookal ben ik niet angstig aangelegd, en weet ik dat de jongens ons respecteren omdat we met Kamo zijn, maar toch is dit wel een moment je van, oeps… en je kunt eigenlijk geen kant op.

Gelukkig komen zus en Kamo er vrij snel weer aan en hebben wij alle handel kunnen weigeren! We lopen nog wat rond en dan vinden we het eigenlijk ook wel weer wel geweest, het is tijd voor de volgende plaats, de woodfactory!

We lopen richting de Jeep, en zus meldt ons dat ze eigenlijk nog wat paracetamol wil hebben, want immers lag broer bijna op sterven. Dus we verlaten Serakunda Market om op zoek te gaan naar een apotheek, na een stuk gereden te hebben vinden we er één en Kamo zet zijn Jeep op de stoep, en vergezelt zus naar de apotheek, wat 1 minuut lopen is. Tijdens het wachten komt er een mannetje aan, hij is zeker voor Gambiaanse begrippen oud, komt naar ons toe, en zegt met opengesperde hand:
“ik bedel.” Nou geweldig toch, we willen alleen al om deze originele zin hem wel geld geven, maar beseffen ons meteen ook dat we midden op de stoep staan, we kunnen geen kant op, dus als we hem wat geven, dan zijn de rapen gaar en komt iedereen langs. Dus we doen maar het weigerende gebaar, dan komt er een mannetje met viagra, en dan nog één en dan nog één, wel vermoeiend opzich. Gelukkig komen Kamo en zus er dan alweer aan, en we kunnen onze reis verder maken, onderweg willen we nog wel ff een keer stoppen, want het broodnodige water is op, nouja eigenlijk warm.

We stoppen op een plek, om water te halen en zus zegt, geef maar even de beurs. Aangezien mijn beurs toch leeg is, dient deze als pot, daar zit het geld voor vandaag in… Dan slaat de paniek toe, want broer is de zijne kwijt, de hele jeep wordt doorzocht, alle tassen maar geen portemonnee, zus houdt bij hoog en laag vol dat ze hem teruggegeven heeft, maar broer heeft hem echt niet. Dus zit er niets anders op als de 10 minuten terug te rijden naar de apotheek en bidden dat iemand hem daar gevonden heeft, Kamo zet de auto al in zijn achteruit, en wil bijna gaan spookrijden, maar bedenkt zich op het laatste moment en gaat toch bij de eerst volgende mogelijkheid dat hij kan keren dat doen(de weg is 2 baans en gescheiden door een betonnen muurtje). Kamo haalt toeterend links en rechts in, en binnen no time staan we weer voor de apotheek, zus en Kamo gaan weer naar binnen en dan komen ze zonder iets weer terug, niets, nou als het op straat gevallen is, nou dan ben je het kwijt, we besluiten om de auto nog ’n keer te onderzoeken, weer niets en ineens zegt broer, ik heb hem, hij zat gewoon in mijn kontzak!

Een zucht van opluchting bij ons allen en dan kunnen we eindelijk richting de woodfactory. De snelweg is goed te rijden en na een tijdje zijn we er, de woodfactory in Brikama is eigenlijk niet een echte fabriek. Hier worden met de hand van houd kunstwerkjes gemaakt, en is eigenlijk vooral een verkoopplaats van hun spullen.
We rijden het terrein op, en dan worden we eigenlijk meteen uit de droom geholpen, dit is gewoon dingen verkopen, de eerste shop bekijken we, ik wil een trommel, broer een beeld van een witte man en een donkere vrouw en zus wil ook wat, we aanschouwen en zeggen thank you, de tweede shop heeft alleen maar trommels, en dan de derde shop weer beeldjes, dan nog een paar dingen, waar eigenlijk iedere keer je de mensen bijna van je af moet slaan. Want we zijn de eerste klant, dus…. Die andere toeristen die we bij binnenkomst zagen, moeten we voor het gemak maar vergeten.

Bij een van de volgende shops zitten vrienden van Kamo, en hij zegt als je wat wil moet je het hier kopen, want ik regel een goede prijs voor je, en inderdaad ik scoor een heel mooi masker.
We lopen nog wat rond kijken naar de mensen die houtbewerken, zouden ze niet zo wanhopig zijn om dingen te verkopen, dan zou het echt een leuke plek zijn.

Zus moet naar de wc, en we moeten dan langs heel veel winkels, en bijna bij alle worden we bijna naar binnen getrokken, erg vervelend, na het wc bezoek gaan we voor de beeldjes voor broer en zus, en helaas moeten we dan veel winkels in, pap en ik worden al een beetje moe van de mensen, ze zeggen kom maar binnen, “ff kaiken” en als je dan binnen bent, wordt er van alles laten zien, en gaan ze bijna in de ingang staan, zodat je er niet meer uitkunt. (de shops zijn ongeveer 2 bij 2)Bij winkel 10 vinden we dan eindelijk de beeldjes, nouja hun dan. Kamo vraagt me, of ik nog een trommel wil, dan gaan we naar zijn vriend, en die maakt een mooie trommel voor een mooie prijs. Natuurlijk wil ik dat, en dan gaan we heen, ik neem niet de kleinste maar één slag groter, immers moet hij ook nog mee naar Nederland. De vriend van Kamo vindt dat hij er ook wat in moet beitelen, en dus komt mijn naam er in, en dat allemaal voor omgerekend 4 euro. De andere shopmensen zijn eigenlijk een beetje boos, want volgens hen zouden we bij hun iets kopen, ze snappen het woord misschien dus niet helemaal, nou eigenlijk zijn we allemaal wel klaar met de woodfactory, dus we besluiten maar te gaan.

Onderweg, na dat we het huis van de president hebben gepasseerd en het vliegveld vinden we het wel tijd om iets te eten, dus dat vertellen we Kamo. Als een paar kilometer zijn verstreken, gaan we een sloppenwijk binnen, de huizen zijn weer van golfplaten, er is geen asfalt, en de weg van gravel is vol met kuilen, Kamo stopt bij iemand om hoi te zeggen, en dit blijkt de man van zijn zus te zijn.
We rijden nog wat verder, langs vuilnis, gaten en krotten en stoppen bij een restaurantje.
We gaan naar binnen, en meteen worden tafels aan elkaar gezet, zodat we met zijn allen aan één tafel kunnen zitten. Ook deze mensen kent Kamo, dus het blijkt inderdaad wel weer, eigenlijk draait alles om vriendendiensten.

Dit is de plaats om maar cola te nemen, immers is dat enigszins zuiverend voor de maag, als je wat verkeerds eet, en als zus eindelijk haar water krijgt(hadden ze niet, dus iemand moest het halen) en we dat glas zien, zijn we blij dat wij uit flesje mogen drinken.
We nemen allemaal een cheeseburger, behalve broer die neemt een hamburger.
Nou goede keuze van hem, want hij heeft wel vlees, wij alleen een droog broodje met gesmolten kaas, sla en tomaat. Nou wonder bovenwonder is het brood veel minder droog als dat we in eerste instantie dachten, en het was zelfs goed te doen, later bedachten we ons… “neem nooit sla”, maar gelukkig is alles goed gegaan, en niemand is ziek geworden.

Te bedenken is wel, we hebben daar gegeten voor 250 delasi, met zijn vijven, dan te bedenken dat in Kololi een hoofdgerecht al meer kost.
Een erg bijzondere ervaring, ons uitzicht is op een naaiatelier, met daarnaast natuurlijk een hoop afval, en dan zie ik ineens twee kleine meisjes, ze wroeten wat in het afval, en ineens vinden ze iets, het ene meisje houdt het lachend omhoog, en dan hebben ze wat om mee te spelen, prachtig toch! Met een smile van oor tot oor gaan ze bezig met hun spelletjes, en het enige wat ik eigenlijk kan doen is genieten van dit, blij worden met niets...
Het eten is op, dus we kunnen op weg naar Tanji, dit is nog wel een lange weg, nouja ongeveer 40 kilometer, en daar zullen we de vissersboten zien binnenkomen.
De weg richting Tanji is goed, als we eenmaal de sloppenwijk weer uit zijn(en dit was eigenlijk nog niet eens een echt sloppenwijk, er zijn er nog veel ergere, dit was gewoon armoede) en dan rijden we, we komen naar dorpjes, en dan gebeurd het volgende, de kinderen komen uit gelopen, ze zien blanken. En ze zwaaien, en zwaaien, en dat gebeurd niet één keer, ook niet twee keer, maar echt continu, heb op een moment bijna een lamme arm.

Na ongeveer bijna een uur non stop gezwaaid te hebben, bereiken we Tanji.
De stank van vis, is verschrikkelijk, haast ondragelijk, en ook hier struikel je bijna over het afval. We zien een hal, daar wordt vis gedroogd, we mogen binnen kijken, maar er is geen vis, want dat is veels te duur, en natuurlijk vragen ze om geld, gelukkig staan we dan al buiten.

Op het strand is het al een drukste van jewelste, de eerste boten met vis komen zo binnen.
De mannetjes staan klaar met hun kruiwagens, daar wordt de vis in gedaan, en die vis wordt gehaald door meisjes en vrouwen, zij lopen de zee in, vullen hun manden met vis, dragen dit op het land, natuurlijk op hun hoofd. En zo lopen ze af en aan. Ook lopen er mannen heen en weer, maar die zijn toch in de minderheid. Dan lopen er ook nog kinderen rond, die lopen achter de vis-mensen aan, in de hoop dat ze vis laten vallen, en die dan oppakken en zelf gaan verkopen.

Na een paar boten gezien te hebben gaan we verder, via een ander stuk komen we bij de koelingen, nou dit zijn dus allemaal oude koelkasten, op een rij liggen, en natuurlijk is er geen stroom, dus er wordt ijs ingedaan om de vis koud te houden, om daar na naar langs de drogerij te lopen, daar wordt de vis op grote stenen barbecues gelegd, om te drogen, sommige worden in zout gelegd om het proces te versnellen. Inmiddels hebben we ook nieuwe vriendjes gemaakt, ja dat gaat snel in Gambia, we krijgen uitleg van 2 jongetjes. En ookal stuurt Kamo ze weg, ze blijven plakken… Vanwege de warmte gaan we maar weer wat drinken, en Kamo vertelt ons, vlakbij is een restaurant, met een prachtig uitzicht en daar gaan we dan maar heen, en ook al stuurt Kamo de kinderen weg, ze blijven plakken, wat blijkt broer heeft ze geld beloofd, geen wonder dat ze blijven plakken.
Als de koude cola’s op zijn, wordt het tijd om terug te gaan naar het hotel, immers is iedereen moe van deze lange dag, wat nog een rit van half uur is.

Bij hotel aangekomen, staat de hele taxigarage naar ons te zwaaien als begroetingcomité, en als we snel gedoucht hebben besluiten we om maar te eten in het hotel, wel zo makkelijk, omdat we laat zijn wordt het diner ons bijna naar binnen gedrukt, maar goed dan zijn we om negen uur klaar voor de muscial-quiz van five star, er doen redelijk wat mensen mee, dus dat is een lol van hier tot Tokio en terug…. De anderen gaan nog op stap, maar wij besluiten om te gaan tukken, immers moeten we fit zijn voor de volgende dag!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Peter

Actief sinds 07 Mei 2009
Verslag gelezen: 743
Totaal aantal bezoekers 27302

Voorgaande reizen:

26 Oktober 2012 - 05 November 2012

Gambia, Kololi......

25 Mei 2009 - 19 Juli 2009

The BIG NorwayTrip

Landen bezocht: